Onderzoek naar de oorzaak van de verschillen in het beloop van MS tussen MS patiënten en man-vrouw verschillen
Nina Fransen, Matthew Mason, Joost Smolders, Sabina Luchetti, Inge Huitinga
De IMM groep onderzoekt het weefsel van hersendonoren met MS dat binnen komt bij de Nederlandse Hersenbank voor MS (NHB-MS). Alle stukjes weefsel worden nauwkeurig bekeken onder de microscoop en afwijkingen zoals ontstekingsactiviteit, verlies van myeline en schade aan zenuwcellen worden geregistreerd. Op deze manier kan het weefsel gericht worden uitgegeven aan MS onderzoekers wereldwijd voor verder onderzoek.
De IMM groep verzamelt op deze wijze alle gegevens van veel MS hersendonoren, en kan daardoor de gegevens over het ziektebeloop tijdens leven combineren met de aard van de veranderingen in het hersenweefsel. Door dit bij grote aantallen donoren met MS te doen komt zicht op welke veranderingen in de hersenen horen bij welke symptomen. Zo heeft de IMM groep vastgesteld dat er in de late progressieve fase van de ziekte onverwacht veel MS ontstekingen actief zijn (bij 78% van de MS patiënten). Dit is in tegenstelling tot wat er op MRI gezien werd, namelijk dat er in de late progressieve fase van de ziekte weinig actieve ontstekingen zijn.
Figuur 1. Er wordt vaak gedacht dat de ontstekingsactiviteit uitblust in de late progressieve fase van MS. Door uitgebreid onderzoek van het MS hersenweefsel bij de Nederlandse Hersenbank laten we zien dat in de late progressieve fase van de ziekte 78% van de MS patiënten actieve ontstekingen heeft. Deze ontstekingsactiviteit is op dit moment nog niet goed zichtbaar met de gangbare MRI technieken.
Patiënten met een ernstiger beloop van de ziekte tijdens leven hebben meer van deze chronisch actieve MS ontstekingen. Ook zijn er aanmerkelijke verschillen tussen mannen en vrouwen met MS, waarbij mannen meer ontstekingen in de grijze stof hebben en meer van deze chronisch actieve ontstekingen. Inderdaad hebben mannen met MS vaak een ernstiger beloop van MS dan vrouwen. Dit terwijl mannen wel minder kans hebben om MS te krijgen. Onderzoek naar geslachtshormonen, die ook in de hersenen worden gemaakt, laten zien dat mannen anders dan vrouwen reageren in hun hormonale reactie op de MS ontstekingen. Deze hormonen zijn belangrijk om de ontstekingen de baas te blijven. In de toekomst zou dit een goede optie kunnen bieden om hormonen in te zetten tegen MS, bijvoorbeeld als ondersteunende therapie.
Deze bevindingen kunnen leiden tot nieuwe therapieën gericht op de MS ontstekingen ook laat in de progressieve fase van MS. Het zichtbaar maken van deze chronisch actieve ontstekingen met nieuwe MRI technieken kan het voorspellen van de prognose gaan verbeteren.
Dit werk is gefinancierd door de stichting MS Research en de Vriendenloterij.